Skip to main content

Het moet ver voor het ontstaan van deze droom zijn geweest, dat ik met de Koninklijke Harmonie de Berggalm uit Klimmen een muziekstuk speelde met die naam. Een beetje een ludiek stuk met een solo voor fietsbel. Ik vond het altijd een beetje een lullig stukje muziek. Maar nú pas zie ik de diepere betekenis. Hoe deze tocht daaraan heeft bijgedragen?

Er zijn tijdens mijn expeditie al vele momenten geweest dat ik me groots heb gevoeld in al mijn nietigheid. Stel je voor dat je meer dan 25 kilometer lang door alleen maar bossen fietst. Je ziet naaldbomen en berken. Zo af en toe passeer je een perceel dat gekapt is. Meermaals staat er een ree op de weg. Er snelt een vos de berm in, zodra hij je in de smiezen heeft. Je hoort niets anders dan vogels en de wind. En het zoemen of knarsen van je banden, dat ligt maar net aan het wegdek.
Dan kun je niet anders concluderen dan dat je maar een klein schepseltje bent in een héél grote wereld. Maar het geeft mij ook een groots gevoel dat ik de gelegenheid heb om hier te fietsen… een gelukzalig gevoel.
Maar meer nog dan dat, zit de waarheid van de titel van dat lullige muziekstuk in het volgende. Ik heb altijd gevoeld dat de grote uitdaging van mijn expeditie zit in zeven weken alleen op pad zijn. Ik ben namelijk graag onder de mensen. Ik weet heel goed dat alleen zijn en eenzaamheid niet hetzelfde zijn. Dat heb ik de afgelopen week aan den lijve ondervonden.

Bij de overtochten eind vorige week zat ik steeds op grote veerboten. Soms leek het wel een cruiseschip compleet met casino, bar, winkels, Burger King en sauna. Ze zaten steevast goed vol. En juist in deze deinende mensenmassa, die dankbaar gebruik maakte van het feit dat op zee de drank taxfree vloeit, voelde ik mij niet alleen maar wél eenzaam. Ik miste elke vorm van verbinding met de medemens, voor wie zo snel mogelijk zoveel mogelijk zo goedkoop mogelijk genot het ultieme doel leek.

En nu komt het wonderlijke: zodra ik op het autodek de tassen aan mijn fiets hing en van boord fietste gebeurde het. Nog geen tweehonderd meter verder deden de endorfines al hun dankbare werk. De cadans van het ronddraaien van de pedalen en het zoemen van de banden lieten de eenzaamheid verdwijnen en maakten van mij weer een eenzame fietser. Ze maakten van mij zelfs een Happy Cyclist.